Strehla – Börln

Het is weer 8.00 uur als ik op pad ga. Als ontbijt heb een broodje gegeten en melk gedronken. Vandaag is zondag maar ook de dag voor 1 mei. Dat wordt hier ook wel Hexendag genoemd. Het betekent in elk geval dat alle winkels dicht zijn. Ook morgen 1 mei is dat het geval. Dus moet ik wat schipperen met wat ik nog heb.

Het is fris en bewolkt al ik de stad uitloop. Rond 9.00 uur bel ik het pension in Dahlen. Het blijkt al snel dat ze vol zitten. Het volgende dorp is Börln. Daar kan ik wel terecht in het Pfarrhaus. Als ik verder loop, sla ik een zandweg in die omhoog loopt. De lucht is opener geworden, men heeft vanaf de berg is mooi uitzicht op de omgeving.

Al lopend stopt er een auto naast me. Door het geopende raampje praat ik even met de man achter het stuur. Wat wij Koolzaad noemen, noemt men hier Raps. Het kleurt de velden hel geel. Het wordt vooral verbouwd voor de olie waarmee biobrandstof wordt gemaakt. Ik loop gestaag door en zie de man nog een keer. Dan daal ik af om naar Lampertswerda te gaan. Aan het begin van het 5 km lange dorp is een slot met bijbehorend park. Aan de vijver is een terras ingericht. Ik vraag of ik koffie kan drinken. Even later zit ik achter de “kaffee mit kuchen”.

De aardige vrouw die me de koffie brengt, zegt dat ik vooral in de kerk een stempel moet halen. Dan vertrek ik en loop de lange dorpsweg af. Daarna gaat het door een groen dal naar Dahlen. Inmiddels is de zon volop aanwezig en wordt het al warmer. In het dorp wil ik wat eten maar het weinige dat er is, blijkt gesloten. Ik spreek een bewoner aan en die verwijst me naar wederom een slot. In dit geval is het een vereniging die bij het slot koffie, taart en bier verkoopt. Ik neem weer koffie met taart.

De vrouw die me koffie geeft wil alles vertellen over het slot en de vereniging. Het is knap wat de vereniging in 10 jaar heeft gedaan. Het slot was afgebrand en heeft decennia als ruïne bestaan. De vereniging is 10 jaar geleden begonnen het weer op te bouwen. Ik groet de vrouw en vertrek. Door de velden lopend wordt ik achterop gereden door een Lada. Naast me draait de bestuurder het raam open en we raken aan de praat. Hij is jachtopziener en was het al in de DDR tijd. Goed dat die voorbij is maar het socialisme had ook goede kanten. Het kapitalisme is ook niet alleen goed. Met die vaststelling rijdt hij weer verder en zwaait met zijn arm uit het raam.

Daarna bereik ik rond16.00 uur het pfarrhaus in Börln. In een vergaderkamer kan ik een kussen op de grond leggen als bed. Ik vraag of er iets te eten te krijgen is. Er blijkt alleen een ijszaak te zijn. Met wat er nog is aan brood en koek zal ik het moeten doen. Natuurlijk ga ik eerst een groot ijs halen. In het pfarrhaus moet ik op de vloer van de vergaderkamer slapen. Op een kast liggen wat vouwmatrassen die ik kan gebruiken. Zo primitief heb ik het nog niet meegemaakt.