Pforzheim – Oberderdingen
Na het ontbijt ga ik met de bus naar het station. Daar begin ik te lopen en volg de routeaanduidingen de stad uit. Als ik een bos door ben gelopen kom ik bij de gemeentelijke afvalverwerking. Ik loop naar beneden het Katharinadal in. Ik loop de hoeve Katharinadal even binnen. Verder lopend kom ik 2 fietsende vrouwen tegen. Ze pauzeren aan de kant van de weg. Ik maak een praatje met ze. Na 2 uur lopen ben ik in Göbrichen. Een vrouw die me ziet lopen spreekt me aan. Ze vraagt waar ik heen ga. Ze roept een paar keer “Waanzin” als ik het vertel. Bij de bakker drink ik koffie en loop dan naar het volgende dorp Neulingen. Ik passeer een slot. Even voorbij de kerk loop ik het dorp uit. Door glooiende landschappen kom ik in het Waldenser dorp Kleinvillars. Bij de kerk ga ik op een bank zitten lunchen. Ik leer op een informatiebord de geschiedenis van het dorp. In 1699 ontstond het dorp toen 90 Waldenzen zich hier vestigden. Als ik het dorp uit loop passeer ik een begraafplaats en lees op de grafstenen de Franse achternamen. De dorpen liggen hier dicht bij elkaar. Al snel ben ik in Knittlingen. In het centrum staat naast de kerk het geboortehuis van Faust. Ernaast is het Faustarchief gevestigd. Aan de andere kant van de kerk staat het Faustmuseum. Ik kijk even in de barokke kerk. Dan loop ik het dorp uit om 3 km verder in Grossvillars aan te komen. Hier vestiden zich in 1698 een groep van 378 Waldenzen. Er zijn nu diverse wijnboeren te vinden. Ik had in dit dorp willen blijven. Maar het enige adres met kamers is dicht. Ik loop door naar Oberderdingen. Daar vind ik een kamer in een “Weingut”. Als ik wat ga eten speelt het Duitse voetbalteam. Het is druk in de eetruimte. Na het eten ga ik naar mijn kamer.
Goed je weer te zien. Fijne tocht verder.
Dank je Pim. Ik ga mijn best weer doen. Gr