Een dag in Luik
De Franse jongen waarmee ik de kamer deel is om 7.30 uur wakker. Ik wacht met opstaan tot hij klaar is. Hij moet gaan werken. Hij is voor 2 weken uitgezonden vanuit Lyon en werkt in de nucleaire industrie. Even voor hij weg gaat sta ik op. Ik groet hem en ga me wassen. In de ontbijt ruimte is het niet druk. Ik neem de tablet mee naar beneden zodat ik onder het ontbijt nog wat kan doen. Ik schrijf een mail. Het is ondertussen aardig vol geworden. In de lounge maak ik de mail af en ga dan de stad in. Eerst wordt de Cathedral Saint Jacques aangedaan.
De wandeling er heen is koud en guur. In de lege kerk loopt een mevrouw de planten te verzorgen. Ik spreek haar aan en krijg meteen haar volle aandacht wanneer ik het doel van mijn komst bekend maak. Ze rommelt wat in een kast een zet een stempel in mijn paspoort. De kerk is zeer de moeite waard om zijn beeldhouw- en schilderkunst. Als ik na een tijdje rondkijken nog niets van Saint Jacques heb gezien wijst de mevrouw naar boven. Daar tussen meerdere heiligen is zijn beeld te zien. Nadat mevrouw me nog een laurier takje heeft geschonken verlaat ik de kerk. En korte wandeling voert me naar een andere kerk nl. Cathedral Saint Paul. Binnen is de sfeer vergelijkbaar met de vorige. Beiden zijn in de typische Maaslandse gotiek gebouwd. Er wordt reclame gemaakt voor en bezoek aan het Tresor. Maar die is gesloten. Buiten gekomen wandel ik via winkelstraten door het centrum en kom uit bij de Opera. Er tegenover is en Galerij. Binnen strijk ik neer bij een lunch restaurant. Vervolgens brengt een wandeling door het oudste deel van de stad me bij een bijzonder trapstraatje.
Het gaat de Montagne Bueren omhoog waarop een citadel ligt. Boven is er en mooi uitzicht op de stad te genieten. De afdaling eindigt bij de gouvernements gebouwen. Over het hele grote plein ervoor loop ik terug naar de herberg. Als ik op de kamer aan mijn verslag zit te schrijven komt er en nieuwe kamergenoot binnen. Het is een Italiaanse historicus die de mijnbouw en de daaraan verbonden arbeidsmigratie van de afgelopen decennia bestudeert. Als hij gaat rusten ga ik naar beneden. Ik ga zitten lezen en drink een biertje. Voor 20.00 uur hoef je niet te gaan eten in Luik. Wat dat betreft zijn het zuidelijke gewoontes. In de buurt van de Opera vind ik en restaurant waar de autochtonen komen. Terug in de herberg is mijn Italiaanse kamergenoot ook in de lounge te vinden. We kletsen de rest van de avond over van alles en drinken er bier bij. Hij komt uit Triëst en over 8 maanden promoveert hij op zijn onderzoek.
Geef een reactie