Rond 9.00 uur neem ik afscheid van meneer en mevrouw Guindre. Hoewel het er dreigend uitziet blijft het de hele dag droog. Het lieflijke landschap en de uitzichten blijven grotendeels verscholen achter de grijze vochtigheid. Na 6 km ben ik in Flavignac. Even de kerk in en dan naar de bakker om voor de lunch te zorgen. Ik bel terwijl ik het dorp uitloop met de zusters in Châlus voor een slaapplaats. Althans dat denk ik. Dat zal later een misverstand blijken te zijn. Op de borden langs de weg staat een Donjon Féodal aangekondigd in les Cars. Ik ben benieuwd. Na 4 km lopen ben ik er. Het dorp is niet veel en de Donjon stelt niets voor. Zelfs het café waar ik koffie drink is sfeerloos. Ik loop verder tot het tijd is voor de lunch. Op een boomstam langs het pad eet ik de broodjes en drink ik de melk die ik in mijn rugzak heb. Ik loop verder en bereik om 14.30 uur Châlus. Eerst in de bar een bier en dan naar de zusters. Daar blijkt dat er helemaal geen accommodatie bij de zusters is. Ik heb vanmorgen het nummer van een hotel gebeld. Ik loop naar het hotel maar het is gesloten. Dan bel ik een ander hotel, ook gesloten. Hotel Coeur de Lion is open en heeft een kamer. Ik loop er naar toe en beschik even later over een kamer. Als ik na een douche en wat rust het restaurant binnenloop om te gaan eten, maak ik kennis met een Duitse fietspelgrim. Hij komt uit Hahn bij Solingen. We gaan bij elkaar aan tafel zitten. Terwijl we een Duitse 3 gangen maaltijd opgediend krijgen, praten we over onze ervaringen.

Klik hier voor de foto’s.